Dierenartspraktijk Geesteren verzorgt de begeleiding van merries tijdens het dekseizoen;
Wij kunnen de vruchtbaarheid van je merrie optimaliseren door middel van:
Het dekseizoen bij de paarden loopt gemiddeld van begin maart tot eind augustus . In deze periode wil de merriehouder zijn of haar merrie graag zo snel mogelijk drachtig krijgen want een vroeg veulen betekent dat het veulen de gehele zomer lekker de wei in kan en beter tegen de kou en nattigheid van het najaar en winter is opgewassen.
Voordat een merrie drachtig kan worden moet ze hengstig zijn. In deze hengstigheid, die gemiddeld een dag of 5-6 duurt, groeien er follikels (eitjes) op de ovaria (eierstokken). Aan het eind van de hengstigheid vindt de ovulatie plaats (eisprong). De ovulatie is het meest geschikte tijdstip om te dekken. Dit moment is echter niet altijd precies te bepalen. De beste manier om te bepalen of een merrie klaar is om te dekken is het schouwen met een hengst. Niet iedereen heeft de mogelijkheid om met de merrie naar een hengst te gaan om te schouwen. In dat geval biedt de echo uitkomst.
Met behulp van een echo-apparaat kan er rectaal (via de anus) naar de uterus (baarmoeder) en de ovaria van de merrie worden gekeken. Het voordeel van het gebruik van een echoapparaat is dat de hele uterus en ovaria in beeld komen. Oudere merries kunnen bijvoorbeeld last hebben van cystes (met vocht gevulde blaasjes) in de uterus waardoor ze minder goed of zelfs helemaal niet drachtig worden. Met het echo-apparaat kunnen deze cystes in beeld worden gebracht. Ook andere afwijkingen kunnen op deze manier opgespoord worden.
Door de merrie te scannen in de hengstigheid kun je ongeveer bepalen wanneer de ovulatie zal zijn. De follikel groeit tot een bepaalde grootte en wordt tijdens de groei ook zachter. Wanneer de follikel heel zacht is, is het moment daar om te dekken. Soms groeit een follikel heel snel en kan er snel worden gedekt en soms groeit een follikel maar langzaam en moet er vaker gescand worden om het moment te bepalen.
Niet alle merries worden zomaar drachtig. Het kan voorkomen dat de uterus bijvoorbeeld is geïnfecteerd met een bacterie. De merrie zal dan niet drachtig worden. Om dit te onderzoeken kan een uterusmonster genomen worden. Er wordt met een soort lange wattenstaaf een slijmmonster uit de uterus genomen. Dit monster wordt 24 uur of langer bebroed op een voedingsplaat in een stoof om te kijken of er bacteriën groeien. Mocht dit het geval zijn dan kan bekeken worden voor welk antibioticum de bacterie gevoelig is (antibiogram). Wanneer de merrie een infectie in de uterus heeft kan deze infectie behandeld worden met een antibioticum. Dit kan zelfs in dezelfde hengstigheid gebeuren waarin ze ook gedekt wordt, zowel voor als na het dekken.
Het sperma zwemt bij binnenkomst in de uterus binnen 6 uur naar de eileider, dit is het buisje tussen de uterus en de eierstok. Daar blijft het rustig zitten en is onbereikbaar voor de eventuele spoelvloeistof. De merrie kan dus een dag na het dekken zonder problemen behandeld worden met een antibiotica-oplossing die in de uterus wordt gebracht. Wanneer een infectie erg hardnekkig is, is het soms nodig om langdurig na te behandelen, soms enkele dagen lang.
Sommige merries raken dusdanig beschadigd bij de bevalling dat de uterus lucht aan zuigt. Ook in dit geval wordt een merrie niet drachtig. Het luchtzuigen kan ook spontaan op treden zonder dat de merrie ooit een veulen heeft gehad. Luchtzuigen kan verholpen worden door middel van een operatie, het zogenaamde "dichtzetten”.